Ronald Staal

archive

Home

Voorganger: Ds. R.G. den Hertog Eigenlijk kan dit niet
De tekst van vandaag: Rechters 14


Er wordt vaak gezegd, dat het klimaat belangrijk is en we ons gedrag moeten aanpassen, maar in
praktijk doen we er maar weinig aan.
Iets vergelijkbaars is er aan de hand met het verhaal van Simson.
Simson werd al vóór zijn geboorte bestemd als Nazireeër, om namens God aanwezig te zijn. Hij mag
zijn haar niet knippen, geen alcohol drinken en niet in aanraking komen met de dood en hij moest
een begin maken met de verlossing van Israël uit de greep van de Filistijnen.
Maar op zijn eerste reis doodt hij een leeuw. Later haalt hij honing uit de dode leeuw. Nog later geeft
hij een feest waar ongetwijfeld ook alcohol werd genuttigd. Als derde trouwt Simson met een meisje
uit een vijandig volk. Hij knoopt banden aan met de onderdrukkers in plaats van te werken aan
bevrijding.
Hij wordt veelbelovend aangekondigd, maar maakt er uiteindelijk een potje van.
Dat is een voorbeeld van wat er in Israël mis is in die tijd. Ieder doet wat goed is in zijn of haar ogen.
Van ons wordt gevraagd om op een verantwoorde manier om te gaan met het klimaat, maar toch
gaan we met het vliegtuig op reis. Wij hebben een hoge roeping om in deze wereld iets van Gods
koninkrijk van recht, gerechtigheid, liefde, genade waarin de schepping weer recht getrokken wordt.
Maar wat brengen wij daarvan terecht? Maken wij er niet net als Simson een zootje van?
Gelukkig is er naast al het negatieve in dit verhaal ook een teken van hoop. We lezen steeds: “dat het
de Heer was die……”
We zijn als gemeente bij elkaar om ondanks ons gestuntel te laten zien, dat we leven met de God van
dit verhaal, die dwars door menselijk gestuntel heen bezig is Zijn patroon van recht en vrede te
haken. Dat is het hoopvolle refrein van de bijbel.
Eigenlijk kan het niet wat wij doen, maar het hoeft ons niet wanhopig te maken, want wij hebben
een God, die alles kan.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. M.W. Vrijhof Vestig je hoop op God


De teksten van vandaag: Psalm 42 en 43 en Johannes 14 : 27 – 31


Bijna iedereen heeft wel eens heimwee gehad. Je voelt je ontworteld.
Het zou ook het thema van deze psalmen kunnen zijn. Het wordt verbeeld door een hert dat smacht
naar water. De dichter smacht naar God. Hij is ver van huis. Hij wordt belaagd en bespot. Mensen
vragen: Waar is nou die God van jou? Hij voelt zich door God vergeten?
Smachten wij wel eens zo naar God dat we het uitschreeuwen?
In deze psalm staat niet dat de dichter in de fout is gegaan. Het zijn dus niet altijd zonden, die ons ver
van God verwijderd doen voelen.
Meer dan een derde van de psalmen is gevuld met klachten over onrecht en pijn, over leed, over het
gevoel door God verlaten te zijn. De psalmen zijn de stem van het verlangen naar God, het uitzien
naar Zijn koninkrijk.
Gods aanwezigheid lijkt soms als het licht van een vuurtoren, dat steeds onderbroken wordt. Je kunt
je, ondanks je geloof, soms van God verlaten voelen.
Na een reeks van klachten zegt de dichter toch tegen zichzelf: Hij is de God, die je ziet en die je redt
en hij grijpt terug op mooie herinneringen uit zijn leven.
Mooie herinneringen hebben we hard nodig, vooral als je twijfelt of wanhoopt.
In deze psalm wordt de klacht een lofprijzing. De klacht blijft staan, want het leven is soms zwaar en
ingewikkeld, maar er komt iets bij, de lofprijzing, zijn heimwee naar God, zijn hoogste vreugde. De
levende God van Wie wij geloven, dat Hij in Jezus Christus ons diepste heimwee heeft vervuld.
Dat mag moed geven in tijden van nood en onrust. Jezus weet van de nood in ons bestaan, die ons
soms zoveel verdriet geeft. Om ons moed te geven, breekt Hij ons het brood, en reikt Hij ons de
beker. Dat is meer dan een herinnering. Ze zijn door de kracht van Zijn Geest tekenen van zijn
levende aanwezigheid in ons midden.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Dhr. H.J. Takken Een bijzondere ontmoeting
De tekst van vandaag: Marcus 7 : 24 -30


Mensen hebben moeite om contact te zoeken met mensen buiten hun kring van gelijkgezinden.
Jezus vond het nooit een probleem om bij “andere mensen” te horen. Jezus gaat om met hoeren en
tollenaars. Hij doorbreekt het taboe, dat mannen niet omgaan met vrouwen. Hij gaat ook in gesprek
met mensen die niet-Joods zijn.
Het gelezen verhaal speelt in Zuid Libanon. Eerst lijkt het er op, dat Jezus niets met de vrouw te
maken wil hebben. Zij vraagt Hem om genezing van haar dochter en Hij begint over brood. Hoe heeft
Jezus dit gezegd? Was het nors, hard en onvriendelijk of juist vriendelijk en zacht? We kunnen wel
letten op de context. In de grondtekst van de bijbel heeft Jezus het over hondjes en over een meisje.
Hij gebruikt van verkleinwoorden zegt iets over de wijze waarop het gezegd wordt, vriendelijk. Hij
zegt: Laat eerst de kinderen (Joden) eten, maar dan ook de niet-Joden.
Voorafgaand aan dit tekstgedeelte gaat het over het wassen van je handen voordat je gaat eten. Dat
heeft met het Joodse begrip reinheid te maken. Jezus zegt: “Niet wat de mond ingaat maakt onrein,
maar wat de mond uitkomt, wat je zegt.
Voor Joden waren niet-Joden onrein. Bij Jezus waren heidenen niet onrein. De vrouw wijst Jezus op
het feit, dat hondjes toch ook mogen mee-eten van wat de kinderen op de grond laten vallen. Jezus
houdt van mensen, die niet opgeven. Hij was onder de indruk van het grote geloof van de vrouw en
geneest haar kindje.
Brood is niet alleen voor de kinderen, maar ook voor de hondjes, voor Joden en niet-Joden. Gods
goedheid slecht barrières tussen volken, ook al zien we dat niet in de huidige wereld om ons heen.
We horen over wraakacties en onverzoenlijkheid en scheldpartijen. Voortdurend klinkt de taal van
geweld, leugens en wapens.
Maar waar mensen komen tot een ontmoeting met Jezus, worden zwaarden omgesmeed tot
ploegscharen. Het kwaad wordt overwonnen door het goede. Daar wordt een taal van liefde en
vrede gesproken.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. J. van ‘t Spijker Discipelen maken discipelen
De tekst van vandaag: Marcus 6 : 6b – 13 en 30 – 31


Wat zoeken wij als christenen bij Jezus? Je kunt de vraag ook omdraaien: Wat zoekt Jezus bij ons? Hij
kwam om Zijn genade en goedheid te geven. Hij nam alles wat verkeerd was bij ons weg: ”Je zonden
zijn je vergeven, je mag er zijn!”.
Als Jezus in je leven binnenkomt, kom je bij alles wat Hij gegeven heeft en Hij geeft meer dan zichzelf.
De discipelen merken, dat als je met Jezus meeloopt, je door Hem wordt meegenomen in Zijn
wereld.
Jezus laat met Zijn daden iets van het Koninkrijk zien. Als je bij Jezus komt, wordt je door Hem
ingeschakeld, geroepen en uitgezonden als een gezel, die bij een meester in de leer komt. Discipelen
hebben een persoonlijke relatie met hun meester. Hij stuurt ze er op uit als een soort stage, maar ze
komen ook weer bij Hem terug.
Vandaag de dag zijn wij geroepen om de naam van Jezus te belijden, om van Hem te spreken en in
ons leven zichtbaar te maken dat we van Hem zijn.
Wij kunnen zelf Zijn Koninkrijk niet bouwen. Zelfs binnen de kerk ruziën we wat af. Dat is geen
Koninkrijkswerk. Wij wassen elkaar de oren in plaats van de voeten.
Christus bouwde het Koninkrijk in Zijn dood en opstanding. Hij legde het fundament en wij mogen in
de kerk naar elkaar toe en naar buiten toe laten zien wie onze meester is. Niet op de manier van de
wereld met macht, aanzien en geld maar op de manier van het Koninkrijk: Met liefde, genade, hoop,
barmhartigheid, ontferming, geduld en aandacht. Hij leert ons om de ander te zien en ons af te
vragen: Wie mag ik zijn voor die ander.
Wij worden geroepen en uitgezonden, maar we mogen steeds weer bij Hem terugkomen bij het
kruis, waar Hij zich aan ons verbonden heeft en ons oneindige genade schonk.
Daarom zingen wij: Neem mijn leven, laat het Heer toegewijd zijn aan Uw eer.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. M. Hogenbirk Het gesprek: Verstoppertje spelen
De teksten van vandaag: Genesis 3 : 1 – 13 en 2 Samuel 1 -7a


Een gesprek gaat veelal over een onderwerp uit het nieuws. We verwoorden onze gedachten erover.
Het is vaak niet wederzijds. Een echt gesprek is echter iets van “samen”. Je spreekt en luistert.
Geloven kun je ook niet zonder daarover een goed gesprek te hebben met elkaar.
Doe je dat niet, dan leef je langs elkaar heen en speel je verstoppertje. Maar voor volwassenen is dat
een uiterst negatieve manier van omgaan met ons gezamenlijk leven.
In Genesis stelt God een vraag: Adam, waar ben je? Dan blijkt dat God de zoekende is en de mens de
verborgene. De mens geeft de gemeenschap met God op en ervaart dan de eenzaamheid naast God.
Ook tussen 2 mensen ontstaat eenzaamheid. Toch blijft God ze opzoeken. Ook als zondaar houdt de
mens niet op een schepsel van God te zijn. Als van de kant van de mens de relatie wegvalt, blijft van
Gods kant het Woord bestaan. Dat is het behoud van de mens.
De mens verbergt zich, wil er niet meer zijn. Waarom? Omdat je figuurlijk naakt bent. Hoe gaan wij
om met onze kwetsbaarheid, ons tekort schieten?
Ons zelfvertrouwen krijgt een deuk. Ook als we on niet willen toevertrouwen aan God, komt Hij zelf,
ook al verstoppen zij zich voor Hem.
Als we de vraag van God “Waar ben je?” willen horen, durven we dan antwoord te geven?
Het is niet: God waar bent U? maar mens waar ben je? Gaan we in gesprek? Stellen we vragen en
geven we ook antwoord?
Zoeken we elkaar en gaan we samen met geloofsgenoten in gesprek over en met Jezus?
Laten we geen verstoppertje spelen, maar laat je vinden door de ander in al je kwetsbaarheid. Doen
we dat niet, dan is er geen gemeenschap, geen leven met elkaar en met Christus. Dan is er hooguit
het gesprek van de dag en dan blijven we verstoppertje spelen, ontmoeten we elkaar niet en
ontmoet God jou ook niet.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. B. Luiten Doe het goede voor alle mensen
De tekst van vandaag: Galaten 6 : 6 – 10


In het laatste vers van de tekst staat: Doe het goede en dan vooral voor onze geloofsgenoten. Doen
we dan ook het goede voor alle mensen?
Vroeger was het heel gebruikelijk om je contacten vooral te hebben binnen je eigen
geloofsgemeenschap.
Heb je naaste lief als jezelf, maar wie is dan je naaste? Is de een meer of minder naaste dan de
ander? Voor Jezus waren alle mensen gelijk, dus dat geldt ook voor ons. Jezus kwam om verlorenen
te redden. Dàt zijn dus onze naasten.
In de Statenvertaling staat “Vooral aan de huisgenoten van het geloof”. Als je daar van uitgaat, kom
je uit bij het geloof in Jezus Christus. Je moet in het bijzonder goed doen aan wie daar huisgenoot is.
De uitdrukking komt uit het Grieks. Grieken hadden het over huisgenoten van geweld, huisgenoten
van barmhartigheid, huisgenoten van de leugen. Het is dus een soort geestelijke aanduiding. Waar
zitten je wortels?
God kijkt naar wat we zaaien. We oogsten wat we zaaien. Als we alles van geld verwachten, is dat
een slag in het gezicht van God. Je investeert (zaait) in korte termijn vergankelijk succes.
We zaaien allemaal op de akker van de Geest, de wereld. God wil niet dat iemand verloren gaat.
Aan het eind van een kerkdienst krijgen we de zegen: Ga heen in vrede, de vrede van Jezus. Een
heenzending in vrede: Zoals de Vader mij gezonden heeft en bij Mij bleef, zo zend ik ook u (de wereld
in). En hij belooft, dat Hij bij ons blijft. Dat betekent, dat we met de ogen van Jezus naar de wereld
moeten kijken en vooral zoeken naar wie verloren dreigt te gaan. Als kerk steken we veel tijd in onze
eigen kring. We vergaderen wat af, maar we moeten naar buiten, naar mensen die Jezus nog niet
kennen, naar wie verloren dreigen te gaan.
Misschien verandert deze tekst ons leven wel. Laten we het woord zingen; Vrede zij u.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. A.P. van Langevelde Als de dauw
De tekst van vandaag: Hosea 14 : 2 – 10


In Hosea 13 klinkt het als: “God wil Israël nooit meer zien”. Hij is kwaad als een leeuw, een panter,
een berin, die van haar jongen beroofd is. Het is dus een wonder, dat hoofdstuk 14 in de bijbel staat,
want in hoofdstuk 13 lijkt het einde van Israël nabij.
Maar in hoofdstuk 14 stuurt God Hosea er toch weer op uit om het volk op te roepen tot bekering.
Vanaf vers 5 komt God met beloften van een nieuw begin als het volk zich bekeert. Hij neemt het
volk liever in Genade aan, dan dat Hij het laat omkomen onder Zijn toorn. Als Israël niet langer
vertrouwt op de macht van Assur en Egypte, maar op God, “dan zal Ik zijn als de dauw.”
Wat is nu kenmerkend voor de dauw. Wat heeft God hier over zichzelf te zeggen?

  1. Het verborgen karakter van Zijn werk. Heeft u ooit dauw zien ontstaan? Regen en sneeuw
    kun je zien, maar dauw niet. Het is een mysterie, net als het geloof. Hoe komen wij aan ons
    geloof? Door ouders, school, kerk? Komt het eigenlijk wel van onszelf? Soms kun je door
    Gods woord geraakt worden, alsof Hij je persoonlijk aanspreekt, of je ervaart in moeilijke
    omstandigheden een vrede, die je niet begrijpen kunt.
  2. De dauw werkt geruisloos zoals de Heilige Geest. Regen klettert en hagel bonkt, maar dauw
    komt in stilte. Ze is toch onmiskenbaar aanwezig. Ze werkt ook God door Zijn Geest. In stilte,
    niet door kracht of geweld.
  3. Dauw zegt ook iets over het nieuwe begin. Bloemen kunnen er na een warme dag verlept uit
    zien, maar de volgende morgen door de dauw weer fris bij staan. Dauw is verkwikkend. In de
    woestijn regent het bijna nooit, maar de dauw brengt zelfs daar leven. Zo is God. Hij brengt
    leven waar dorheid heerst.
    God wil voor ons als de dauw zijn. De schepping leeft er van op. We moeten er wel klaar voor staan.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. H.J. Boiten Zalig de reinen van hart, want zij zullen God zien
De teksten van vandaag: Mattheüs 5 : 1 – 10 en Mattheüs 23 : 25 en 26
Verlang je er wel eens naar om God te zien? Misschien vind je het wel moeilijk om te geloven zonder
te zien. Mozes verlangde er naar, maar hij hoorde alleen de stem van God. In het Oude Testament
mocht de hogepriester één keer per jaar het Heilige der Heiligen binnengaan, maar daar was God
ook niet zichtbaar. Toen Christus stierf, scheurde het voorhangsel, maar nog steeds zien we God niet.
Ligt dat aan God of aan ons? “Alleen, die rein van hart zijn kunnen God zien.” Wie kan dat van
zichzelf zeggen?
Je hart is de bron van je wil, je begeerte. Toen God na de zondvloed de reuk van het offer van Noach
rook, zei Hij in Zijn hart: Nooit meer zal Ik de aarde vervloeken vanwege de mens. De regenboog
biedt dus ahw een inkijkje in het hart van God. Wij zijn geschapen naar het beeld van God met een
hart als bron van vertrouwen.
Farizeeërs dachten bij het woord “rein” aan een invulling van de reinheidswetten. Maar dat is rein
aan de buitenkant. De boodschap van de wet is, dat de geboden vanuit je hart komen.
Hoe kom je aan een rein hart? Daarvoor moet je op je knieën en bidden. Alleen God kan je hart rein
maken. Hij laat je opnieuw geboren worden, een nieuwe schepping. Jezus wist dat. Hij droeg de straf
voor ons allemaal. Dat was Zijn letterlijk hartelijke liefde. Zijn bloed bracht verzoening. Geloof je in
Hem, dan ontvang je een zuiver hart. Misschien vinden anderen je onnozel, maar zoek desondanks
het beste voor de ander. In het leven van een christen heerst spanning. Je wordt kind van God. Je
mag al iets zien van de pracht van de schepping. Nu kijk je nog in een wazige spiegel. Straks sta je oog
in oog met God. Dan droogt Hij je tranen en zul je volmaakt gelukkig zijn.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. D. Visser Mag een tattoo?
De tekst van vandaag: 1 Petrus 1 : 13 – 25


In Leviticus 19 staat: “Wanneer je een dode te betreuren hebt, scheer dan het haar aan je slapen niet
weg en knip geen stukken uit je baard, kerf geen tekens in je lichaam en breng geen tatoeages aan.”
Mag een tatoeage dan niet van God? Mag je je ook niet scheren? In Leviticus 19 staat het wel, maar
de tatoeage heeft daar de betekenis om demonen te weren. Tattoos zijn vaak herinneringen of
getuigen van overtuiging.
Wij moeten als gelovigen vooral leven uit vers 2, waar God tegen het hele volk zegt: Wees heilig want
Ik ben heilig (houd je aan Mijn geboden). Petrus zegt het ook tegen de gemeente en dus ook tegen
ons. Wij zijn geroepen door de Heer om op Hem te lijken. Een leven te leiden, dat in alle opzichten
heilig is.
Jezus heeft Zijn eigen bloed gegeven om u en mij ècht leven, genade en liefde te geven.
Zo schept God door Zijn Zoon een gemeente, die vrij is van zelfzucht. Het is een geschenk, waar je
wel mee aan de slag moet. We moeten een antenne hebben naar God, naar elkaar en naar de
wereld. Wees herkenbaar heilig. De bedoeling is, dat mensen daar ook iets van zien. Dat we
begrijpen, dat egoïsme de dood in de pot is, dat individualisme moordend is en alles stuk maakt.
Genot boven God is een verkeerde weg.
Verdeeldheid onder christenen is een doorn in het oog van God, zoals ook zinloze discussies over
bijzaken als of tattoos wel of niet mogen.
De Vader in de hemel heeft het bloed van Zijn Zoon laten vloeien voor jou. Dat betekent een breuk
met je oude leven. Het Ichthus teken als symbool van onze gemeente is als het ware onze tattoo. Het
gaat er om, dat we leven in dat teken, dat het mensen van buiten de gemeente opvalt dat wij een
club mensen zijn die van Jezus houden en niets liever willen dan dat uitdragen.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →

Voorganger: Ds. A. Hakvoort Meer geloof a.u.b.
De tekst van vandaag: Lucas 17 : 1 – 6

Wat is geloof? Abraham geldt als prototype voor gelovigen. Hij liet alles achter en ging op weg met
een onbegrensd vertrouwen zonder te weten waarheen. In Hebreeën 11 staat: Het geloof is de
zekerheid van wat je hoopt en het bewijs van wat je niet ziet.
Geloof heeft altijd te maken met zekerheid. In ons dagelijks taalgebruik zit in het woord “geloven”
een stuk onzekerheid. In de bijbel daarentegen staat geloven voor zekerheid want het gaat over wat
God zegt en Hij is voor 100% betrouwbaar. Als we ons laten leiden door Zijn Geest worden we ook
betrouwbare mensen. Jezus vraagt om Hem te volgen, maar waarschuwt ook: Weet waar je aan
begint, want je moet alles loslaten. Jezus waarschuwt ook voor valstrikken. Je moet elkaar tot 7x per
dag kunnen vergeven als hij of zij daarom vraagt. Doe je dat niet, dan ben je een valstrik.
Om dat te kunnen, vragen de apostelen om meer geloof, maar het antwoord van Jezus is
teleurstellend. Al had je een heel klein geloof dan zou je een boom zichzelf kunnen laten verplanten.
Jezus brengt een correctie aan in de vraag. Geloof is niet iets waar je meer of minder van kunt
hebben. Het is als een zaadje dat ontkiemt en groeit als je het aandacht en zorg geeft.
Wij hebben niet een groot geloof nodig, maar geloof in een grote God. Vertrouwen in de kracht van
Gods Geest, die jou tot een ander mens maakt.
Geloof als vrucht van de Geest betekent, dat je als mens achter Jezus aan blijft gaan. God zegt tegen
ons: Ik blijf je trouw, wat je ook doet en wie je ook wordt. Dat roept loyaliteit op bij ons.
Het groeien van geloof is niet passief. Het vergt, dat je je laat leiden door de Geest. Daarom moet ons
gebed zijn: Laat ons geloof groeien. Christus blijft trouw ook als wij ontrouw zijn, want Hij kan niet
ontrouw zijn aan zichzelf. Daarom kunnen we altijd op Hem vertrouwen.

Kijk in het archief kerkdiensten om de hele kerkdienst te kijken en te beluisteren.

Read More →